- midden
- midden1{{/term}}〈het〉1 [plaats, punt] middle ⇒ centre, 〈wiskunde ook〉 midpoint2 [tijdstip] middle3 [met betrekking tot een verzameling] middle ⇒ midst4 [denk-/handelwijze] centre♦voorbeelden:1 in het midden lopen • walk in the middlede tafel staat in het midden van de kamer • the table stands in the centre/middle of the room〈figuurlijk〉 iets in het midden brengen • bring/put forward somethingdat laat ik in het midden • I'll leave that asidede waarheid ligt in het midden • the truth lies (somewhere) in betweendat blijft voorlopig in het midden • we'll leave that aside for the moment2 in het midden van het trimester • (in) midtermin het midden van de winter/week • in the middle of winter/of the week3 te midden van • in the midst of, among4 〈politiek〉 links of rechts van het midden? • left or right of centre?¶ het midden houden tussen … en … • stand midway between … and …de vijand is in ons midden • the enemy is in our midstiemand uit ons midden • one of us————————midden2{{/term}}〈bijwoord〉1 in the middle of♦voorbeelden:1 midden in de massa • in the thick of the crowder midden in zitten • be in the thick of it/thingsmidden in de zomer • in the middle of (the) summermidden op de dag • in the middle of the dayvan midden juni tot midden augustus • from mid-June to mid-Augusthij is midden (in de) veertig • he is in his mid(dle) forties
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.